Pensioen invaren: wat gebeurt er met jouw pensioen?

Na een jarenlange discussie is op 1 juli 2023 de nieuwe pensioenwet ingegaan, de Wet toekomst pensioenen (Wtp). Een belangrijke vraag die speelt rondom de overgang naar het nieuwe stelsel is: wat te doen met de bestaande opgebouwde pensioenen? En hoe kunnen die worden omgezet naar het nieuwe stelsel? Dit noemen we pensioen invaren.
In dit artikel lees je over:
- het referendum over pensioen invaren
- voor wie pensioen invaren van toepassing is
- of je zelf inspraak hebt in pensioen invaren
- wat dit betekent voor jouw pensioen
- wat de dekkingsgraad en indexeren hiermee te maken heeft
Referendum pensioen invaren
Inmiddels zijn de voorbereidingen voor het invaren naar het nieuwe stelsel in volle gang. Toch hebben de politieke partijen NSC en BBB een tussentijds voorstel ingediend voor een verplicht referendum bij het omzetten van de huidige pensioenen naar het nieuwe stelsel. Het is de vraag hoe de andere coalitiepartijen op dit voorstel reageren.
Stel dat de Tweede Kamer akkoord gaat. Dan is het nog maar de vraag of er ook een meerderheid in de Eerste Kamer komt. Veel zaken rond de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel spelen zich nog achter de schermen af. Toch probeer ik je in deze blog zoveel mogelijk mee te nemen in het proces.
Voor wie geldt pensioen invaren?
De meeste mensen in loondienst hebben pensioen opgebouwd bij een pensioenfonds. Van het totaal opgebouwde pensioenkapitaal van € 1.800 miljard is ongeveer € 1.500 miljard ondergebracht bij pensioenfondsen en € 300 miljard bij verzekeraars en premiepensioeninstellingen. Het invaren van pensioen is alleen van toepassing voor pensioenfondsen, die € 1.500 miljard dus. In deze blog richt ik me daarop.
Hoe verloopt het proces nu verder?
In 2024 moesten werkgevers en vakbonden een transitieplan opstellen met afspraken over de nieuwe pensioenregeling. Bijvoorbeeld wat er gebeurt met de opgebouwde pensioenen: worden die ingevaren of niet?
Ongeveer 25 pensioenfondsen wilde per 1 januari 2025 al overgaan op het nieuwe stelsel, waarbij het opgebouwde pensioen wordt ingevaren. Dit bleek in veel gevallen ingewikkelder dan gedacht. Uiteindelijk hebben drie pensioenfondsen van De Nederlandsche Bank (DNB) goedkeuring gekregen om daadwerkelijk per 1 januari 2025 over te stappen op het nieuwe stelsel.
De verwachting is dat de andere fondsen in 2026 of 2027 zullen volgen. Per 1 januari 2028 moeten alle pensioenregelingen voldoen aan de nieuwe regels.
Mag je zelf iets zeggen over je pensioen?
In het oude stelsel, het middelloonstelsel bijvoorbeeld, dacht men vaak dat er sprake was van garantie. De angst is nu dat het pensioen in het nieuwe stelsel variabel en dus onzekerder is. De praktijk ligt genuanceerder, want ook binnen het oude stelsel bestonden er geen garanties. Dit was al jaren te zien bij de vraag over wel of niet kunnen indexeren van pensioenen. En soms zelfs gekort op pensioenen.
Heb je zelf iets te zeggen over het invaren van je pensioen? Nee, er bestaat geen individueel instemmingsrecht voor het invaren. Jouw werkgever moet hierover afspraken maken met de vakbond. Je hebt dus alleen indirect iets te zeggen, in de vorm van raadplegingen of stemmingen via een vakbond.
Hoe werkt invaren van pensioen?
Ieder pensioenfonds heeft nu één grote pensioenpot. De waarde hiervan wordt verdeeld over de deelnemers (actieve deelnemers, niet-actieve deelnemers en gepensioneerden). De totale pensioenpot wordt herverdeeld onder de deelnemers. Elke deelnemer krijgt uiteindelijk zijn eigen pensioenkapitaal.
De onder het oude stelsel opgebouwde pensioenrechten worden bij het invaren omgerekend naar een eigen pensioenkapitaal. Dit bedrag wordt vervolgens ingebracht in de nieuwe regeling. Bij actieve deelnemers groeit het eigen pensioenkapitaal vervolgens door de premie die door de werkgever wordt betaald en door mogelijke eigen bijdrages. De pensioenpot kan uiteraard in waarde stijgen of dalen door winst of verlies op de beleggingsportefeuille.
Het betreffende pensioenfonds moet tijdig communiceren hoeveel dit eigen pensioenkapitaal na invaren aan pensioenuitkering gaat opbrengen. Hierbij is sprake van een prognose, een voorspelling. Het is dus geen garantie. Ook communiceert het pensioenfonds hoe het nieuwe pensioen zich verhoudt ten opzichte van het oude stelsel.
Wat betekent dit voor jouw pensioen?
Over het algemeen verwacht men dat de pensioenuitkeringen omhoog gaan. Wel worden ze onzekerder dan in het oude stelsel. Dat geldt ook voor mensen die nu al een pensioenuitkering krijgen. Ook de uitkerende pensioenen bewegen namelijk mee met de resultaten op de financiële markten en worden daardoor sneller naar boven of juist naar beneden bijgesteld.
Voor bepaalde groepen, mensen ongeveer tussen 45 en 55 jaar, zal een compensatie noodzakelijk zijn. De overgang naar het nieuwe stelsel kan voor hen namelijk nadelig zijn. Die compensatie zal uit dezelfde beschikbare pensioenpot moeten komen. Hopelijk heeft het fonds voldoende extra vermogen om deze groep tegemoet te komen.
Op tijd informeren
Tijdige en duidelijke communicatie is een belangrijk onderdeel van de wetgeving. Inmiddels weten we dat drie (kleinere) pensioenfondsen per 1 januari 2025 zijn overgegaan naar het nieuwe stelsel. Dat betekent dat de deelnemers van deze pensioenfondsen voor deze datum al geïnformeerd moesten worden over de gevolgen die het invaren van hun pensioen heeft.
Wat “op tijd informeren” precies is, heeft inmiddels geleid tot een juridische procedure. Deze werd gestart door een gepensioneerde van het Beroepspensioenfonds Loodsen. De vraag aan de rechter was of er voldoende tijd was om na te gaan of de individuele prognose-berekeningen klopten (definitieve berekeningen volgen pas na de vastgestelde dekkingsgraad per 31 december 2024) en om zich goed voor te bereiden op de gevolgen voor zijn pensioeninkomen. In deze situatie werd de betreffende gepensioneerde begin december schriftelijk geïnformeerd en zou er op basis van de voorlopige berekeningen op 1 januari 2025 met 8% op vooruit gaan.
Volgens het oordeel van de rechter was de tijd die de loods kreeg om zich te beraden kort, maar zou uitstel van invaren onnodig veel tijd gaan vergen en ten koste gaan van de andere deelnemers in dit fonds. De gepensioneerde havenloods kreeg dus geen gelijk van de rechter. De definitieve berekeningen voor deze en andere deelnemers volgen pas na de vastgestelde dekkingsgraad per 31 december 2024.
Dekkingsgraad is essentieel voor invaren van pensioen
Een belangrijk onderdeel van pensioen invaren is de financiële situatie van een pensioenfonds. In het huidige stelsel wordt dit dekkingsgraad genoemd. Dit is de verhouding tussen het beschikbaar vermogen en de verplichtingen aan de deelnemers. De dekkingsgraad kan op en neergaan en is onder andere afhankelijk van de rentestand en economische markten op het moment dat pensioen wordt ingevaren.
Voor een soepele overgang naar het nieuwe stelsel zou het prettig zijn als de dekkingsgraden de komende jaren stabiel zouden blijven en niet zouden dalen vlak voor het moment van invaren.
Indexeren of buffer aanhouden?
Voor de meeste pensioenfondsen wordt pas in 2026 of 2027 pensioen ingevaren. Tot die tijd hebben ze nog te maken met het huidige stelsel en dus ook met de dekkingsgraad. Jaarlijks wordt bepaald of de pensioenen kunnen worden geïndexeerd.
Indexatie van pensioen gaat ten laste van de dekkingsgraad. Sommige pensioenfondsen blijven waar mogelijk indexeren, andere fondsen behouden liever een hogere dekkingsgraad. Deze hogere dekkingsgraad kan op een later moment van invaren gebruikt worden om bepaalde groepen te compenseren of voor het vormen van extra buffers voor mogelijke toekomstige tegenvallers.
Het is aan de bestuurders van de pensioenfondsen om een evenwichtige afweging van de belangen te maken. Waarbij gekeken wordt naar de gevolgen op korte, middellange en lange termijn. Zij moeten bepalen waar de dekkingsgraad die meer is dan 100% aan wordt besteed: indexatie van de pensioen tot de overgang naar het nieuwe stelsel, compensatie voor de middengroepen, vorming van reserves voor tegenvallers of toch het verhogen van de pensioenaanspraken van alle deelnemers?
Hoe nu verder?
Met de eerdergenoemde drie pensioenfondsen zijn de eerste vervolgstappen naar een nieuw pensioenstelsel gezet. We hebben ook gezien dat de financiële gezondheid van een pensioenfonds in de vorm van de dekkingsgraad een belangrijke factor is bij het invaren van pensioen. De andere fondsen die op een later moment overgaan naar het nieuwe stelsel hebben mogelijk een wat langere periode om hun deelnemers op tijd te informeren. Het proces is dus in volle gang en wij volgen met belangstelling de ontwikkelingen bij de andere pensioenfondsen.
Benieuwd naar hoe het zit met jouw pensioen? Maak een afspraak met een Preferred Banking adviseur en krijg inzicht in jouw financiële toekomst.