
Zorgondernemers afwachtend met bedrijfsopvolging
Zorgondernemers lijken zich minder bezig te houden met bedrijfsopvolging dan ondernemers in andere sectoren. Dat is zorgelijk omdat steeds meer zorgondernemers de pensioenleeftijd naderen. Bedrijfsopvolging is belangrijk voor de continuïteit voor patiënten, voldoende aanbod en het pensioeninkomen van zorgondernemers.
De zorgsector telt naast stichtingen, die geen winstoogmerk hebben, ook veel ondernemers. Verreweg de meeste zorgondernemers zijn zelfstandigen of eenmanszaken. Ruim 50.000 van de bijna 270.000 ondernemers hebben meerdere werknemers. Van de zorgondernemers met personeel hebben ruim 37.000 een bedrijf in de curatieve zorg, bijvoorbeeld in de mondzorg, fysiotherapie, farmacie of huisartsenzorg. Buiten de curatieve zorg zijn zorgondernemers vooral actief in de woonzorg, met bijvoorbeeld een zorgboerderij of ander wooninitiatief, of in de thuiszorg.
Bijna 6.000 zorgondernemers met personeel zijn inmiddels 65 jaar of ouder, een flinke stijging van de 2.000 in 2010. Dat zorgondernemers ouder worden betekent dat ze moeten nadenken over opvolging voor hun bedrijf en over zekerheid voor hun patiënten. Ipsos I&O heeft in opdracht van ABN AMRO een enquête uitgezet over bedrijfsopvolging onder 534 eigenaren van bedrijven met personeel. Daaruit blijkt dat ruim de helft van de 38 ondervraagde zorgondernemers zich op dit moment niet bezighoudt met bedrijfsopvolging. In andere sectoren houden een stuk minder ondernemers, ongeveer een derde, zich nog niet met bedrijfsopvolging bezig.
Groeiverwachting maakt zorgondernemingen een gewilde aankoop
Zorgondernemers lijken hun handen vol te hebben met het leveren van voldoende goede zorg. De zorgsector groeit namelijk flink. Dit jaar met 3 procent en volgend jaar met wel 3,5 procent, verwacht ABN AMRO. Door vergrijzing en toenemende welvaart blijft de vraag naar zorg op langere termijn ook toenemen.
Naast de hogere zorgvolumes stijgen tarieven die zorgaanbieders ontvangen in bijna alle branches meer dan de inflatie, waardoor de winstmarges verbeteren. Alleen in de ouderenzorg stijgen de tarieven iets minder hard dan de inflatie. De groeiverwachting maakt zorgbedrijven een gewilde aankoop voor zorgverleners, andere ondernemers en investeerders.
Met name tandartspraktijken, woonzorginitiatieven en apotheken zijn gewild. Uit cijfers van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) blijkt dat het aantal goedgekeurde fusies en overnames van organisaties met meer dan vijftig zorgverleners in dienst vorig jaar steeg naar 214. De ketens en grotere zorgbedrijven namen vooral bedrijven en praktijken over in de mondzorg (62 goedgekeurde aanvragen), de langdurige zorg (41 goedgekeurde aanvragen) en de farmaceutische zorg (32 goedgekeurde aanvragen).
Werkdruk verdelen met meerdere eigenaren
Met bedrijfsoverdracht is het opvolgingsvraagstuk nog niet opgelost. Als de ondernemer met pensioen gaat moet iemand anders gevonden worden die het bedrijf gaat aansturen. Die opvolger moet naast het bedrijf leiden ook vooral zorg verlenen. Zo nemen beginnende huisartsen doorgaans een huisartspraktijk over van huisartsen die met pensioen gaan.
In bepaalde zorgsegmenten en regio’s, bijvoorbeeld in regio’s met een oudere bevolking, zijn opvolgers moeilijk te vinden. De interesse voor ondernemerschap onder jonge zorgverleners lijkt af te nemen, stelt het Capaciteitsorgaan. Huisartsen hebben moeite met het vinden van opvolgers voor hun praktijk omdat de ‘nieuwe generatie’ huisartsen waarde hecht aan deeltijdwerken, wat lastig is te combineren met een individuele huisartspraktijk.
Daardoor neemt in de huisartsenzorg het aantal praktijken met één huisarts af. Het aantal groepspraktijken met meerdere huisartsen als eigenaar is juist toegenomen, van 35 procent in 2020 tot 43 procent in 2024 blijkt uit cijfers van kennisorganisatie Het Nivel. Jonge huisartsen kiezen vaker voor gedeeld eigenaarschap of voor een dienstverband bij een grotere huisartsorganisatie of bij een gezondheidscentrum. Zo kunnen ze de werkdruk en verantwoordelijkheden verdelen, en schaalvoordelen realiseren.
Uitblijven opvolging bedreigt zorgverlening en pensioen
Het uitblijven van geschikte opvolgers heeft gevolgen voor de continuïteit van zorgverlening. Zo moeten patiënten op zoek naar een andere huisarts, apotheek, fysiotherapeut of tandarts als een praktijk geen opvolger vindt. Voor cliënten die bij een stoppende zorgaanbieder wonen zijn de gevolgen groter omdat zij moeten verhuizen naar een andere zorgboerderij of zorgwoning. Zorgondernemers hechten relatief veel waarde aan de opbrengst van hun bedrijf om in hun pensioen te kunnen voorzien. Ruim een derde van de door Ipsos I&O ondervraagde zorgondernemers ziet de financiële opbrengst als een van de belangrijkste aspecten bij opvolging en overdracht van hun bedrijf, bij ondernemers in andere sectoren is dit gemiddeld slechts een vijfde.
Voor de continuïteit van zorg en een goed pensioeninkomen moeten zorgondernemers op tijd plannen maken voor bedrijfsopvolging. Zo kan een opvolger gevonden worden die past bij de patiënten, cliënten, locatie en medewerkers.
Een stapje voor met onze sectorexpertise
Voor elke ondernemer is het belangrijk om te weten wat er nu speelt, maar vooral wat er komen gaat. Baseer beslissingen op de ontwikkelingen en trends in de sector. Onze sectorexperts weten wat er speelt. Zie waar de kansen liggen. Nét dat stapje voor.
Lees verder in de zorgsector
In de komende jaren verandert de sector om meer zorg te kunnen leveren met minder middelen. De vraag naar zorg neemt verder toe door vergrijzing terwijl nauwelijks meer zorgpersoneel aangetrokken kan worden. Innovatie en samenwerking maken het werk makkelijker en leuker, waardoor de zorgverlening houdbaar en van hoge kwaliteit blijft.
