Javascript is required Praktisch opgeleiden in de knel door combinatie werk en mantelzorg - ABN AMRO

Praktisch opgeleiden in de knel door combinatie werk en mantelzorg

Steeds meer werkende Nederlanders zullen mantelzorg moeten verlenen. Vooral voor praktisch opgeleiden is voor iemand zorgen uitdagend, omdat hun werktijden en -omstandigheden relatief inflexibel zijn. ABN AMRO schat dat tot 2040 het aantal werkende mantelzorgers die praktisch opgeleid zijn, zal toenemen naar 1,1 miljoen mensen. Werkgevers moeten inzetten op flexibiliteit om de schaarse arbeidskrachten te behouden en ondersteunen.

De vergrijzing en de daardoor ontstane personeelstekorten in de zorg zullen niet alleen de zorgbehoevenden en zorgverleners raken. Steeds meer Nederlanders, al dan niet met een baan, zullen zorgtaken op zich moeten nemen. Het geven of ontvangen van mantelzorg zal door de vergrijzing van de bevolking voor steeds meer Nederlanders een realiteit worden.

Mantelzorgers zijn, volgens de definitie van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), mensen uit het sociale netwerk van een zorgbehoevende die niet in het kader van een beroep hulp bieden aan iemand met gezondheidsproblemen. Dit kan variëren van het geven van emotionele steun en het doen van huishoudelijke taken en het helpen bij persoonlijke verzorging tot het uitvoeren van verpleegkundige handelingen.

Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) verwacht dat het aantal werkende mantelzorgers toeneemt. In 2021 combineerden 1,8 miljoen mensen werk met mantelzorg, en naar verwachting zal dit aantal in 2040 oplopen tot 2,1 miljoen. Deze stijging is te verklaren door een verhoging van de pensioenleeftijd en de verwachting dat meer vrouwen, die traditioneel het grootste deel van de mantelzorg op zich nemen, werken.

Het RIVM houdt in zijn schatting geen rekening met de groei van het aantal mensen dat mantelzorg nodig heeft. Het SCP berekende dat het aantal zorgbehoevende 75-plussers tot 2040 met maar liefst 70 procent zal toenemen. Voor werkende mantelzorgers betekent dit dat de druk op hen waarschijnlijk verder zal toenemen, of dat er meer werkende mantelzorgers nodig zullen zijn dan verwacht. Het combineren van een baan met mantelzorg is een uitdaging voor zowel werknemers als werkgevers, blijkt uit een eerdere analyse van ABN AMRO.

Combinatie extra lastig voor werkenden met praktische opleiding

Vooral de werkende mantelzorgers die praktisch zijn opgeleid, staan voor een extra uitdaging: mantelzorg verlenen onder arbeidsomstandigheden die worden gekenmerkt door inflexibiliteit, verplichte fysieke aanwezigheid en relatief minder financiële compensatie en ruimte. Deze beperkingen maken het moeilijker om hulp te bieden wanneer dat nodig is, terwijl ziekte nu eenmaal gepaard gaat met onverwachte situaties.

Veel praktisch opgeleiden vervullen banen waarbij voornamelijk fysieke vaardigheden nodig zijn en praktische handelingen worden uitgevoerd, zoals automonteur, timmerman, kapper, verzorgende en kok. Deze werknemers zijn nodig op de werkvloer, waardoor ze mantelzorgtaken niet tijdens hun werk kunnen uitvoeren. Theoretisch opgeleiden hebben vaak banen die meer analytische vaardigheden vereisen en zijn meestal werkzaam in kantoorbanen, zoals beleidsadviseur, softwareontwikkelaar, of onderzoeker.

Overigens kunnen theoretisch opgeleiden natuurlijk ook praktische banen beoefenen, zoals een chirurg of een piloot, en kunnen praktisch opgeleiden ook een kantoorbaan hebben. Een nuance hierbij is dat mensen met praktische banen waarvoor een theoretische opleiding is vereist, vaak een betere financiële positie hebben. Hierdoor kunnen ze makkelijker aanspraak maken op externe hulp die de mantelzorg verlicht.

Eerder onderzoek uit 2021 van het RIVM benadrukte al dat praktisch opgeleide werkenden minder makkelijk op ondersteuning kunnen rekenen. Praktisch opgeleiden hebben vaker te maken met baanonzekerheid en flexibele contracten. De minder sterke arbeidspositie van praktisch opgeleide werkenden kan hen belemmeren om aanspraak te maken op bijvoorbeeld zorgverlof. Ook hebben zij minder autonomie om hun werkplek en werktijden te bepalen; hulp bieden wanneer dat nodig is, wordt hierdoor lastiger. Daarnaast kan een lager inkomen bepaalde hulpbronnen ontoegankelijker maken. Denk hierbij aan de inzet van particuliere zorgverleners, medische apparatuur zoals een traplift, of het opnemen van onbetaald zorgverlof. Minder werken om mantelzorg te kunnen geven, en dus minder uren uitbetaald krijgen, is een grotere uitdaging voor degenen met een lager inkomen.

Volgens het RIVM is ruim de helft, namelijk 54 procent, van de werkende mantelzorgers niet geschoold, praktisch geschoold, of heeft alleen de middelbare school afgerond. Door het aandeel praktisch opgeleiden mee te nemen in prognoses van het RIVM, verwacht ABN AMRO dat het aantal werkende mantelzorgers met een praktische opleiding tot 2040 zal oplopen naar minimaal 1,1 miljoen mensen. Deze groep zal waarschijnlijk extra uitdagende omstandigheden ervaren omdat mantelzorg om de hierboven aangegeven redenen moeilijk met hun werk is te combineren.

Ook het onderscheid tussen mannen en vrouwen is belangrijk om te benoemen. Het merendeel van de mantelzorgers is vrouw, waardoor veel van de druk bij hen terechtkomt.

Inflexibiliteit van sector raakt praktisch geschoolde werknemers met mantelzorgtaken

De flexibiliteit van de sector waarin een mantelzorger werkzaam is, kan van invloed zijn op hoe makkelijk werk en mantelzorg te combineren is. Data uit de Sectorale Welzijnsmonitor van ABN AMRO tonen per sector in hoeverre een werknemer de vrijheid heeft om zelf werktijden te bepalen en verlof op te nemen. Zo bieden de sectoren vastgoed, financiële dienstverlening en technologie, media & telecom (TMT) de grootste vrijheid bij het indelen van werktijden en het opnemen van verlof. Sectoren met weinig vrijheid op dit gebied zijn de zorg, transport en logistiek, en retail.

Zo kan bijna de helft van de werknemers in bijvoorbeeld de financiële dienstverlening regelmatig zelf hun werktijden bepalen, terwijl dat in de transport en logistiek slechts voor ongeveer een op de vijf werknemers geldt. Logischerwijs kan een vrachtwagenchauffeur niet een uurtje ertussen uit om mee te gaan naar een ziekenhuisafspraak van een zorgbehoevende ouder, terwijl een boekhouder dat gemiste uur gemakkelijker ‘s avonds kan inhalen.

Ook de vrijheid om verlof op te nemen wanneer dat nodig is, draagt bij aan het kunnen volhouden van de combinatie werk en mantelzorg. Mantelzorgers die deze vrijheid niet of in mindere mate hebben, melden zich bijvoorbeeld zelf ziek om voor een ander te zorgen, nemen vakantiedagen op of maken gebruik van onbetaald zorgverlof. Uit onderzoek van de Radboud Universiteit blijkt dat sommige werkende mantelzorgers minder uren gaan werken of zelfs helemaal stoppen met hun werk. Andere werkende mantelzorgers moesten van baan wisselen om de combinatie vol te kunnen houden.

Werkgevers moeten flexibiliteit prioriteren om toekomstigbestendig te zijn

Om de schaarse werknemers die praktische opgeleid zijn te behouden en ondersteunen moeten werkgevers inzetten op meer flexibiliteit. Werkgevers en werknemers moeten in samenspraak op zoek naar passende oplossingen. Daarin zijn een aantal onderdelen belangrijk.

Allereerst is open communicatie over de situatie tussen werkgever en werknemer nodig. Het vereist veel van een mantelzorger om telkens in nieuwe zorgbehoeften te voorzien. Zorgen voor een familielid met bijvoorbeeld dementie maakt het vaak onmogelijk om alleen zorg te verlenen buiten bepaalde werktijden. Leidinggevenden die hier begrip voor tonen en meedenken over oplossingen, dragen bij aan het verminderen van oververmoeidheid en ziekteverzuim, zo blijkt uit onderzoek van Werk en Mantelzorg.

Flexibele afspraken en omstandigheden spelen een belangrijke rol in het ondersteunen van werkende mantelzorgers. De stap naar meer hybride werken is al gezet door technologische ontwikkelingen en werd versneld door de COVID-periode. In de toekomst zal deze trend alleen maar toenemen. Dit betekent dat werkgevers en werknemers samen op zoek moeten gaan naar creatieve oplossingen om werk en mantelzorg op een duurzame manier te combineren. Enerzijds betekent dit meer flexibiliteit in het bepalen van werkuren. Een uur eerder of later beginnen, of tussendoor mee kunnen naar een zorgafspraak, kan al een groot verschil maken. Anderzijds kunnen mogelijkheden om op afstand te werken een verlichting bieden voor mantelzorgers.

Er zijn ook manieren om op afstand meer hulp te bieden aan een zorgbehoevende door bijvoorbeeld technologische inzet zoals domotica, zoals een alarmknop voor noodgevallen, bedsensoren die merken of iemand langdurig uit bed is, of slimme medicijndispensers. Werknemers die voor hun praktische beroep fysiek aanwezig moeten zijn, kunnen zo toch hulp op afstand geven en de situatie in de gaten houden. Hiervoor zijn wel financiële middelen nodig. Werkgevers kunnen meedenken over de oplossing door samen uit te zoeken hoe het financieel gedekt kan worden vanuit de gemeente, werknemer of werkgever zelf.

Verder zullen werkende mantelzorgers met praktische banen profiteren van meer financiële flexibiliteit. Aanspraak kunnen maken op betaald zorgverlof kunnen praktische opgeleide werknemers, die vaker een lager loon hebben, ruimte bieden. Zo kunnen ze blijven werken bij een werkgever, financieel rondkomen, en mantelzorg verlenen aan een ziek familielid. Eerder adviseerde de Sociaal-Economische Raad (SER) het kabinet al om mantelzorg op te nemen in de verlofregeling onder de kop ‘Zorg voor naasten’, gezien het maatschappelijk belang van mantelzorgers. De SER is ook bezig met een advies aan de overheid over de ondersteuning van werkende mantelzorgers.

Werkgevers, waarbij praktische opgeleide werknemers essentieel zijn, moeten rekening houden met de positie waarin werkende mantelzorgers zich bevinden. Inflexibiliteit, plaatsgebonden werk en financiële onzekerheid belemmeren hen om de combinatie tussen werk en mantelzorg vol te houden. Werkgevers die samen met werknemers flexibele oplossingen weten te vinden, zijn voorbereid op de toekomst.

Lees meer sectoroverstijgende artikelen

Naast de ontwikkelingen en kansen die zich in specifieke sectoren voordoen, zijn er ook volop actuele zaken die effect hebben op alle sectoren. Van klimaatbeleid en verkiezingen tot personeelstekorten en grondstoffenprijzen.

Bekijk alle artikelen

Lees ook

Meld je gratis aan voor onze Insights nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van onze inzichten, tips en trends

Aanmelden