Javascript is required

Infra ‘first’, woningbouw ‘second’

Leontien de Waal

Wat Donald Trump lanceerde als motto voor een nationalistisch economisch beleid, werd later een ‘running gag’ dankzij Arjen Lubach. Met zijn satirische filmpje ‘America first, Netherlands second’ vestigde Lubach op ludieke wijze internationaal de aandacht op ons landje.

Zoals Nederland op het netvlies is gezet, zou dat ook moeten gelden voor de aanleg en het onderhoud van onze infrastructuur

Infrastructuur als randvoorwaarde

Met alle uitdagingen en belemmeringen rondom woningbouw, zouden we haast vergeten dat de gebouwde omgeving ook uit bruggen, wegen, viaducten, spoor, dijken en vaarwegen bestaat. Met de ambitie om 900.000 nieuwe woningen te bouwen tot 2030, is het vreemd dat infrastructuur niet op 1 staat. Zonder goede mobiliteitsinfrastructuur komen we vanuit die nieuwe woonwijken letterlijk nergens en zijn we onvoldoende beschermd tegen natuurkrachten.

Stapeling van uitdagingen bij nieuwe infrastructuur

De infraproductie in opdracht van overheden neemt dit jaar af en dit leidt tot een krimp van de infrabouw van 3 procent. Vooral gemeentes gaan gebukt onder te krappe budgetten. En dit is niet zonder gevolgen. Het Economisch instituut voor de Bouw stelt vast dat ruim 32 procent van de projecten van het Rijk al in de planningsfase is vertraagd. Van de projecten in de aanlegfase betreft dit gemiddeld 15 procent. Karige budgetten, beperkte ambtelijke capaciteit, stikstof; allemaal factoren waardoor vooral de nieuwe aanleg niet wil vlotten.

Uiterste houdbaarheidsdatum overschreden

Nieuwe aanleg van infrastructuur is noodzakelijk, maar tegelijkertijd schreeuwt ook de deplorabele staat van bestaande infra om vervanging. Vele bruggen, viaducten, sluizen en kademuren zijn al voorbij hun technische levensduur. Laten we daar ook prioriteit aan geven om ervoor te zorgen dat Nederland straks niet met natte voeten verder vastloopt in een verkeersinfarct. ProRail geeft het goede voorbeeld met de ambitie om dit jaar 35 procent meer te vervangen en te vernieuwen dan voorheen.

Vertraging geeft kansen voor onderhoud

De vertraging in de woningnieuwbouw geeft tijd en kansen om andere dingen te doen. Bijvoorbeeld het leggen van de puzzel waarbij onderhoudsbudgetten voor specifieke infraprojecten naar voren worden gehaald ter gedeeltelijke compensatie van de vertraagde aanpak van nieuwe projecten. Zo kan de infrastructuur worden gerevitaliseerd en worden voorbereid op de groei van woningen en mobiliteit. Aanleg en onderhoud van infra ‘first’, woningbouw ‘second’; misschien is dat het beste motto.

Deze column is eerder verschenen in Cobouw op 1 maart 2023

Over de auteur

Leontien de Waal is sectorbanker Bouw. Zij volgt de belangrijkste trends en ontwikkelingen in de gebouwde omgeving. Haar ervaring en netwerk, aangevuld met kennis uit de studie Master City Developer (gebiedsontwikkeling), brengt ze in bij klanten van ABN AMRO.

Lees verder in de bouwsector

De Nederlandse bouwsector behoorde de afgelopen jaren tot een van de best presterende sectoren, ondanks verschillende uitdagingen waar de sector mee te maken heeft. Voorbeelden zijn het stikstof-dossier, de forse prijsverhogingen van energie en bouwmaterialen en ook de personeelstekorten. Gedreven door trends, innovaties en wet- en regelgeving groeit de relevantie van thema’s als duurzaamheid en milieu-impact en zoekt de sector zijn weg naar een nieuw evenwicht.

Bekijk alle artikelen

Lees ook

Meld je gratis aan voor onze Insights nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van onze inzichten, tips en trends

Aanmelden