Javascript is required
Vrouwen betreden arbeidsmarkt door thuiswerk

Thuiswerk stimuleert vrouwelijke arbeidskracht

Vrouwen zijn bereid meer te werken wanneer meer flexibel gewerkt kan worden, zo blijkt uit de Emancipatiemonitor van december 2020. Toename van thuiswerk kan die benodigde flexibiliteit opleveren en dus vrouwen tot meer werk aanmoedigen. Dit verlicht de aanhoudende krapte op de arbeidsmarkt.

Insight

Meer vrouwen dan mannen zouden meer uren willen werken; 10 procent van vrouwen tegenover 6 procent van mannen, zo melden het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) begin december in de Emancipatiemonitor. Als aan bepaalde voorwaarden wordt voldaan, stijgt het percentage van vrouwen dat meer wil werken zelfs van 10 naar 70 procent.

De meest aangegeven voorwaarde is het kunnen organiseren van een flexibel werkschema dat goed kan worden gecombineerd met privéverantwoordelijkheden. Daarnaast staan kortere reistijden en het beter kunnen indelen van de vrije tijd in de top 3 van eisen die vrouwen stellen.

Het thuiswerken slaat dan ook drie vliegen in een klap: flexibiliteit, minder reizen en vrijetijdswinst. Nu het einde van de COVID-19-crisis in zicht is en veel werknemers ervaring hebben opgedaan met het ‘nieuwe werken’, staan werkgevers voor de vraag: is de thuiswerkcultuur een blijvertje? Een belangrijke vraag, met serieuze gevolgen voor de vrouwelijke vertegenwoordiging op de arbeidsmarkt.

Al voor de corona-uitbraak kampte de arbeidsmarkt met een tekort aan arbeidskrachten, en de crisis heeft daar weinig verandering in gebracht. Cijfers van de arbeidskraptemonitor van ABN AMRO wijzen op een aanhoudend groot aantal onvervulbare vacatures tot eind november vorig jaar.

Doordat vrouwen meer willen werken als meer flexibiliteit geboden wordt, kan de thuiswerkcultuur de arbeidskrapte verlichten. Een permanente verschuiving naar het thuiswerk kan er op de korte termijn voor zorgen dat vrouwelijke werknemers arbeidscontracten voor meer uren sluiten. Dat zorgt voor een eerste verlichting van de druk op de arbeidsmarkt.

Meer flexibiliteit door thuiswerk kan er daarnaast voor zorgen dat vrouwen die nu niet werken maar wel over voldoende kwalificaties beschikken, op de hoge arbeidsvraag inspringen. Het CBS en SCP melden dat 88 procent van niet-werkende vrouwen die niet arbeidsongeschikt of met prepensioen zijn, bereid zijn weer te gaan werken als dit beter in hun privéleven gepast kan worden. De herintreders vergroten het arbeidsaanbod, met een verdere afname van de krapte tot gevolg.

Tot slot kunnen structurele effecten voor de langere termijn optreden wanneer vrouwen meer uren gaan werken en meer vrouwen herintreden. Zij effenen namelijk de weg voor jonge vrouwen die voor het eerst op de arbeidsmarkt komen. De redenen hiervoor zijn tweedelig. Ten eerste gaat een toegenomen vrouwelijke representatie op de arbeidsmarkt het stereotypische sociale beeld van de vrouw als hoofd van het huishouden tegen. Dit moedigt een cultuur aan waarin jonge vrouwen sneller voor een werkzaam leven kiezen. Bovendien kan hogere vrouwelijke arbeidsrepresentatie de loonkloof tussen mannen en vrouwen verkleinen, wat arbeid sowieso meer aantrekkelijk maakt voor jonge vrouwelijke toetreders.

Loonverschillen ontstaan vaak doordat vrouwen door de komst van kinderen hun loopbaan onderbreken, stelt econoom Claudia Golding van de Universiteit van Harvard. Dit verhindert de carrièreontwikkeling van werkende vrouwen; wanneer ze eenmaal de arbeidsmarkt hebben verlaten, al dan niet tijdelijk, lopen ze een ervaringsachterstand op. Meer uren en een hogere participatie verminderen die ervaringsachterstand en daarmee de loonongelijkheid.

Het onderzoek van Golding laat zien dat de loonongelijkheid tussen mannen en vrouwen het grootst is in functies met weinig flexibiliteit. Met name beroepen in de professionele zakelijke dienstverlening zoals accountants, financiële dienstverleners en juristen kennen grote salarisverschillen.

De meest recente CBS-cijfers bevestigen dit beeld voor Nederland. In de financiële dienstverlening verdienen vrouwen het minst vergeleken met hun mannelijke tegenhangers: 7,5 euro voor vrouwen voor elke 10 euro voor mannen. Specialistische zakelijke dienstverlening volgt op de voet met een vergelijkbaar verschil. Voor werkgevers in deze sectoren valt er dan ook het meeste te winnen door het nieuwe werken voorgoed als norm te stellen.

In Headlines & Insights geeft ABN AMRO duiding bij het nieuws.

Meer informatie

Lees ook

Meld je gratis aan voor onze Insights nieuwsbrief

Blijf op de hoogte van onze inzichten, tips en trends

Aanmelden